Het oude centrum van Loosduinen
Van 8 oktober 2016 tot 3 juni 2017 kunt u de sfeer van het oude centrum van Loosduinen beleven. Er zijn bijvoorbeeld foto’s van verloren gegane monumentale en markante gebouwen, de vele arbeidershofjes en hét Kruispunt in het oude centrum.
Het tweede couplet van het Loosduins volkslied luidt:
“Zijn we bij ’t Kruispunt aangekomen
waar Kris, Kras en Kruimeltje staan
Ze staan te turen en staan daar te dromen
en denken Loosduinen zal nooit vergaan.”
Op de kruising van twee verbindingswegen, van Kijkduin naar Wateringen en van Monster naar Den Haag , was vroeger (tot 1966), zoals alle Loosduiners dit noemden Hét Kruispunt. Voor de afbraak van het oude centrum was het dé ontmoetingsplaats. Er stonden vier markante gebouwen:
- de Hulpsecretarie (Raadhuis)
- hotel/restaurant De Roskam
- brood en banketbakkerij Nederpelt
- supermarkt Lemckert
Eigen Raadhuis tot de annexatie
In de periode van 1811 tot 1923, toen Loosduinen een zelfstandige gemeente was, had Loosduinen acht burgervaders. Tot aan de annexatie op 1 juli 1923 beschikte de gemeente Loosduinen over een eigen Raadhuis in de Willem III straat en later aan het Kruispunt. Dit jaar honderd jaar geleden, op 28 maart 1916 werd het ‘nieuwe’ Raadhuis, waarin voorheen het post- en telegraafkantoor gevestigd was, geopend. In artikel 11, lid 1 van de annexatiewet is bepaald, dat binnen de bebouwde kom van de voormalige gemeente Loosduinen een hulpsecretarie van de uitgebreide gemeente (‘s-Gravenhage) wordt gevestigd. En zo was er vanaf 1 juli 1923 niet meer sprake van een Raadhuis maar van een Hulpsecretarie.
De Hulpsecretarie verhuisde in het kader van de nieuwbouw in het centrum naar de voormalige woning van burgemeester Hovy aan de Loosduinse Hoofdstraat, tegenover de Katholieke kerk, om later als Stadsdeelkantoor terug te keren naar de Kleine Keizer.
Loosduinse Hofjes
Het centrum van Loosduinen kenmerkte zich ook door de aanwezigheid van een aantal hofjes met maar liefst 222 sobere woninkjes. Deze werden arbeidershofjes genoemd omdat de bouw ervan begon in het midden van de 19e eeuw toen de tuinbouw zich verder ontwikkelde in het dorp. Door de komst van de Woningwet in 1901 zijn deze hofjes geleidelijk aan uit het dorpsbeeld verdwenen.
Archeologisch onderzoek
De directe aanleiding voor het archeologisch onderzoek in het centrum van Loosduinen was een plan voor grootschalige nieuwbouw op een terrein aan de Loosduinse Hoofdstraat, ter weerszijden van de Arnold Spoelstraat (nieuw hart voor Loosduinen). Het doel van het onderzoek was tweeledig. Allereerst wilde men onderzoeken of het legendarisch middeleeuwse slot De Henneberg in deze omgeving gesitueerd was. Hiervan is niets teruggevonden.
De tweede vraag was om iets meer te weten te komen over de oude bebouwing van het dorp. Dit archeologisch onderzoek in 1983 leverde vele waterputten en gebruiksvoorwerpen/ huisraad en resten van akkers uit de Romeinse tijd op.

De heer Lemckert junior opent de tentoonstelling met een klap op de omroepersgong. Hij doneerde de gong vervolgens aan het museum.

Al in 1850 was Johan Willem Hendrik Lemckert bekend als dorpsomroeper. Met zijn koperen gong maakte Henk per fiets een rondgang door Loosduinen om bijvoorbeeld te melden dat de ijsbaan op de veiling weer geopend was. Ook was hij afslager bij boelhuizen, die onder toezicht en verantwoordelijkheid van een notaris werden gehouden. Daar deden zich vaak hilarische toestanden voor.